Tot op heden is in België de anonimiteit van donoren de standaard. Maar dat staat in de nabije toekomst te veranderen. Met zelfs nu reeds een gedoogbeleid vanuit het Kabinet Sociale Zaken. Na jarenlang vechten voor hun rechten, zullen donorkinderen in de toekomst effectief toegang krijgen tot hun afstammingsinformatie. Tegen 30/06/2027 moet er nieuwe wetgeving op tafel liggen die meer voorziet in een billijk evenwicht tussen de belangen van de verschillende betrokken partijen.
Dat was dringend nodig. Ten op zichtte van heel wat buurlanden hinkt België serieus achterop en zijn wij in ons land heel erg laat met de afschaffing van donoranonimiteit.
Daar waar er enerzijds ongetwijfeld donoren zullen bestaan die het niet eens zijn met de afschaffing van de anonimiteit, bestaan er anderzijds ook een groep donoren die voorstander zijn of er alvast geen probleem mee hebben. Die bij aanvang niet perse mee hoefden in het anonieme verhaal vanuit de fertiliteitscentra of die doorheen de jaren hun idee bestelden.
Gelukkig beslissen steeds meer donoren uit die anonimiteit te willen stappen door zich in te schrijven in internationale dna databanken of door zich te registreren bij het Vlaams Afstammingscentrum.
Voor meer onderbouwing omtrent het standpunt van de gewenste afschaffing van donoranonimiteit, verwijzen we ook graag door naar het afstammingscentrum.
Voor veel donorkinderen is de insteek niet intensief contact aan te gaan met de donor. Wel willen velen op zijn minst 1 gesprek kunnen aangaan met hun donor. Daarnaast hechten zij ook veel belang aan weten of, en hoeveel, halfbroers & -zussen zij hebben. Veel donorkinderen zijn wel duidelijk vragende partij voor contact met deze eventuele halfbroers & -zussen.
Echter, wanneer donorkinderen willen zoeken botsen ze op vele hindernissen.
Een logische eerste stap is uiteraard het ziekenhuis contacteren waar hun moeder behandeld werd. Steevast kregen zij de opmerking dat zij niet de patiënt zijn en dus geen gegevens kunnen opvragen. Dus hun moeder moet haar dossier zelf opvragen. Dus dan zijn donorkinderen meteen afhankelijk van de bereidheid van hun moeder om dit te willen doen. De wens van het kind komt niet altijd overeen met de wens van de moeder. Wanneer het donorkind pas als 50'er of 60'er verneemt/ontdekt een donorkind te zijn, is het dossier misschien al vernietigd. Er gaan ook verhalen rond waaruit blijkt dat donorkinderen van fertiliteitscentra te horen kregen dat ze een psychologisch probleem hebben en niet moeten willen zoeken. Dat ze 'blij moeten zijn dat ze leven'. En als dat niet het geval is, werden ze vaak lange tijd herhaaldelijk afgescheept of aan het lijntje gehouden. Er is niet veel meer nodig om te begrijpen dat zoekende donorkinderen vaak een lange, frustrerende lijdensweg bewandelen die getekend werd/wordt door schending van rechten en een eindeloos gebrek aan respect. Als donorkinderen geen gegevens ter beschikking hebben, foutieve informatie kregen vanuit het ziekenhuis of hun dossier reeds vernietigt is, dan zetten ze de stap om te gaan zoeken via DNA. Dit kunnen ze doen door DNA te laten opnemen in de databank via het Vlaams Afstammingscentrum. Of door DNA op te sturen naar een commerciële databank zoals MyHeritage of Ancestry. Door deze dna-profielen met elkaar te vergelijken kan verwantschap aangetoond worden.De donoren die ondertussen van zich lieten horen, geven aan dat ze op een gegeven moment terugdachten aan hun donaties. En zich daarbij afvroegen of, en hoeveel, kinderen er zouden zijn ontstaan uit hun donaties. Omdat er dus een nieuwsgierigheid ontstaat naar de kinderen.
Eens donoren tijd nemen om zich in te lezen en verhalen van donorkinderen te beluisteren, geven ze als motivatie aan dat ze zich vindbaar willen opstellen voor zoekende donorkinderen. Omdat ze erkennen dat ook donorkinderen rechten hebben die hen toekomen. Zoals het beschikken over informatie over hun afstamming.
We delen ook graag belangrijke onderzoeksresultaten vanuit Nederland via hun Factsheet.
Om Phara de Aguirre te citeren op het einde van het Seminarie in Leuven op 28/2/2025: 'België heeft de unieke kans om de beste Europese Wetgeving te schrijven.'. We kunnen echt veel leren uit de ervaring van Nederland waar de anonimiteit alreeds in 2004 werd afgeschaft. Waar de wetgeving sindsdien al werd aangepast op basis van wat de praktijk aan pijnpunten naar de oppervlakte bracht. Ik denk in dit geval dan aan de must om het afstaan van DNA aan het Vlaams Afstammingscentrum gratis te maken. Blijkbaar willen sommige donoren zich wel kenbaar maken maar zijn ze niet in de bereidheid of mogelijkheid om daaraan 85 euro te besteden. Dit mag geen drempel zijn. Dus ik kan donoren in deze situatie alleen maar aanmoedigen om te schrijven naar Minister Vandenbroucke om dit aan te kaarten.
Anonieme donoren hebben geen rechten of plichten ten aanzien van kinderen geboren uit hun gameten.
Donorkinderen ijveren al jaar en dag om toegang te krijgen tot hun afstammingsinformatie.
Wat duidelijk meermaals werd aangehaald tijdens het seminarie in Leuven op 28/2/2025, is het volgende:
'Recht op informatie is niet gelijk aan recht op contact'.
Dus het beschikbaar stellen van donorinformatie staat niet gelijk aan onderling contact moeten aangaan. Of er contact kan plaatsvinden, hangt af van de wens en de mogelijkheden van de betrokkenen. Als er contact is tussen een donorkind en donor zal dat ontstaan op vrijwillige basis.
Het is aangewezen dat donoren voldoende worden geïnformeerd om bepaalde zorgen te kunnen wegnemen omdat ze overbodig zijn. Een kind geboren uit gedoneerde gameten kan geen aanspraak maken op bijvoorbeeld onderhoudsgeld, een deel erfenis of een omgangsregeling. Omgekeerd geldt dus ook dat je als donor geen aanspraak kan maken op omgang met het donorkind. Donoren hoeven dus niet ongerust te zijn over eventuele financiële gevolgen.
De intentie van donorkinderen om hun donor te zoeken en contact te willen maken, is dus veelal goed. Ze vertrekken vanuit de nieuwsgierigheid omtrent de persoon van wie ze 50% afstammen. Omdat dit een belangrijk en aanzienlijk deel informatie over zichzelf inhoudt.
Dat juichen we uiteraard heel erg toe! Maar tegelijk beseffen we ook dat wellicht aan deze beslissing een heel proces vooraf is gegaan. Of, dat je volop in dit proces zit waarbij je uitzoekt wat jij wil, wat klopt voor jou, wat haalbaar is voor je, wat deze beslissing mogelijks allemaal inhoud. Wat is de mogelijk impact op je leven en op dat van je dierbare naasten? Staan zij wel/niet achter jouw beslissing? Of zijn ze nog niet op de hoogte van jouw donatieverleden? Dan heb je daar eerst nog stappen rond te ondernemen.
Het is goed om vooraf stil te staan bij wat jouw verwachtingen zijn. Wat hoop je dat het resultaat is? Wat als er een groter aantal donorkinderen dan verwacht blijken te bestaan? Hoe sta je tegenover contact aangaan? In welke frequentie is contact aangaan en eventueel onderhouden haalbaar voor je? Of wil je enkel belangrijke en/of gevraagde informatie ter beschikking stellen?
Kan je rekenen op steun en gesprek binnen je eigen familie- en of vriendenkring? Zoniet, weet dan dat je bij Alote terecht kan om met andere donoren in gesprek te gaan.
Deze beslissing nemen is stap 1. Stap 2 is de beslissing ten uitvoering brengen. Maar hoe pak je dat dan best aan?
Zodra je ook met DNA in een databank zit (hetzij bij het Afstammingscentrum, hetzij via een commerciële databank), kan je vroeg of laat gecontacteerd worden met het nieuws dat er een match is gevonden of rechtstreeks door een match zelf. Het spreekt voor zich dat je als donor op dat moment opnieuw met reeks vragen en bekommernissen wordt geconfronteerd. Zoals bijvoorbeeld: 'Initieer ik zelf contact of niet?', 'Hoeveel of hoe weinig zoek ik zelf contact?', 'Hoe ga ik om met de verwachtingen van de ander en die van mezelf?',... .
Donor Bert bedacht de 4 smaken van donor-kind-contact. Een overzichtelijk kwadrant dat 4 mogelijke scenario's illustreert.
1. Zowel het donorkind als de donor willen contact met elkaar. Dat is een mooi scenario waarin het relatief simpel is. Beide partijen doen een DNA-test via het Afstammingscentrum of een commerciële dna-databank zoals MyHeritage of Ancestry. Wanneer jullie dit doen vergroot de kans op mogelijke matching tussen jullie en zo zijn jullie ook 100% zeker.
2. Het donorkind wil contact maar de donor niet. Dit lijkt ons een pijnlijk scenario voor het donorkind dat wellicht zeer moeilijk te begrijpen en te plaatsen is. Het is dan volgens ons belangrijk om als donor voldoende te beseffen hoe moeilijk dit wellicht is voor het donorkind. Alote is daarom voorstander van de keuze dat je als donor dan toch, in het belang van het kind, akkoord gaat met een ontmoeting/gesprek zodat het kind zijn/haar belangrijkste vragen toch beantwoord krijgt. Het lijkt ons een belangrijke vorm van verantwoordelijkheid nemen voor jou ooit gemaakte keuze om te donoren en de wetenschap dat er dus effectief nakomelingen zouden geboren worden. En ook daarin willen de donoren dus die steunpilaar, een luisterend oor zijn wanneer je deze nodig hebt.
3. Het donorkind wil geen contact maar de donor wel. Ook dit is een moeilijk scenario doordat de wensen niet gelijk lopen. Als donor kan je dan volgens ons enkel de wens van het kind respecteren. En indien jou dit moeilijk valt, weet dan dat je ook weer terecht kan bij andere donoren. Wellicht zijn er nog andere donoren in dezelfde situatie die je zeer goed kunnen begrijpen.
4. Zowel het donorkind als de donor willen geen contact met elkaar. Dit lijkt ons een eenvoudig scenario waarin iedere partij gewoon zijn/haar eigen leven leidt. Echter maken we hierbij wel graag een kanttekening. Als mens zijn wij geen statisch wezen. Ieder mens evolueert doorheen de tijd. Gedachten, visies, meningen & overtuigingen, gevoelens kunnen veranderen over de jaren heen. Dus realiseer je dat het ok is dat beide partijen op dit moment, in deze huidige situatie geen interesse hebben in contact met elkaar. En dat het ook ok is dat dit morgen, overmorgen, volgend jaar of over 10 jaar anders voelt. Je er ergens in de toekomst anders over denkt en je keuze wil bijstellen. En dat dat dus mag. Daarom lijkt het ons van groot belang dat iedereen open blijft staan om na verloop van tijd eens te polsen of te laten weten dat er iets veranderd is.
Bij Alote vind je lotgenoten bereid om met je in gesprek te gaan. Ongeacht de soort vraagstukken waarmee je op dat moment bezig bent.
Wij zijn er voor je: